Ergotherapie bij overprikkeling, prikkelverwerkingsproblemen (sensorische integratie) en hoogsensitiviteit
Overprikkeld zijn betekent dat je brein een te veel aan zintuigelijke prikkels heeft gehad. Het kan één zintuig zijn maar vaak is het een combinatie van meerdere zintuigen. Wanneer je overprikkeld bent is je alertheid verhoogd en zoekt je lijf manieren om de overprikkeling te reguleren. Hierbij kan je denken aan een kort lontje of een onrustig gevoel van binnen.
Als gevolg van overprikkeling kun je lichamelijke klachten krijgen zoals, spierpijn, hoofdpijn, vermoeidheid, tinnitus (oorsuizen), een verhoogde hartslag of evenwichtsproblemen. Je kunt ook emotionele klachten krijgen, zoals sneller irirtatie ervaren, ongeduldig of boos worden of sneller gaan huilen. Overprikkelingsklachten kunnen verschillende oorzaken hebben zoals:
Burn-out
Chemotherapie
Hoogsensitiviteit
NAH – klachten ( hersenbloeding, herseninfract, whiplash)
”Een op de zes mantelzorgers voelt zich overbelast en een op de zes werknemers heeft Burn-out klachten.”
Als ergotherapeut ben ik naast algemene adviezen rondom sensorische integratie geschoold in de volgende interventies rondom prikkelverwerking:
Anke heeft een maand geleden een auto-ongeluk gehad. Lichamelijk waren er geen zichtbare klachten en Anke zag eerst geen noodzaak om langs de huisarts te gaan, ondanks de hoofdpijn. Na een week merkt Anke dat ze erg vermoeid is, de hoofdpijn niet afneemt en haar partner merkt op dat ze sneller boos wordt. Ze blijkt een whiplash te hebben opgelopen. Via de huisarts komt Anke bij de ergotherapie.
Bij de ergotherapie is onderzocht welke zintuigen het meest gevoelig voor haar zijn. Vervolgens is er een persoonlijk sensorisch profiel opgemaakt en heeft Anke praktische adviezen gekregen om te voorkomen dat ze overprikkeld raakt. Door middel van het ASITT-protocol is de overgevoeligheid voor prikkels ook verminderd. Ook is haar activiteitenniveau samen met haar in kaart gebracht. Anke weet nu wat voor haar energiegevers en energievreters zijn. Ook voelt ze haar lichamelijke grenzen beter aan met als gevolg dat ze tijdig kan stoppen of een aanpassing in haar activiteit kan doen. Anke kan haar dagelijkse activiteiten weer zo goed mogelijk uitvoeren en overprikkeling is geminimaliseerd.